“Heeft u zich al opgegeven voor het nieuwe NPO bestuur? Velen van u staan te schreeuwen aan de zijlijn, dus ik denk dat het vinden van nieuwe mensen geen enkel probleem is” las ik op de website van Gert Jan Beute. En daar zit een kern van waarheid in.

Er zijn vaker mensen van de troon gestoten, maar hun opvolgers deden het niet altijd beter. Eén ding is zeker: de eventuele opvolger wacht een zware taak. Natuurlijk zette Maurice reuzenstappen terwijl hij beter met kleine stappen had kunnen beginnen, maar vaak moet er geforceerd worden om iets te bereiken. Dat dit gedoe de duivensport niet ten goede komt, is ook zeker.

Wij liefhebbers willen gelijke kansen en mooie concoursen. Ik ben tegen concoursvervalsing en dan heb ik het bijvoorbeeld over kampioenschapspunten uit zwakkere samenspelen halen voor nationale, provinciale of WHZB kampioenschappen.

Het kan toch niet de bedoeling zijn dat we op de hoogste podia telkens verschillende duiven zien? Welk kampioenschap moeten we dan nog serieus nemen? Nu staan mensen met een 1e provinciaal Asduif er vaak niet eens bij. Of mensen die provinciaal niet eens bij de eerste vijf Asduiven staan, maar nationaal wel hoger staan dan de 1e provinciaal Asduif in zijn afdeling?

Sommige ‘kampioenen’ staan op terwijl ze dat helemaal niet zijn. Ik heb het in meerdere afdelingen gezien: mensen die op nationale podia hoger staan dan in hun eigen Rayon of afdeling. Of liefhebbers die door een herindeling veranderen van kampioen in krabber of andersom.

Moest ik dingen veranderen om de duivensport aantrekkelijker te maken, dan begon ik met alle kampioenschapspunten uit de afdelingen te halen en vier van de vijf dagfondvluchten seminationaal te vervliegen alsmede vier van de zeven midfondvluchten en drie jonge duivenvluchten.

We kunnen Nederland prima in vier of zes gelijke delen opdelen. Ook kunnen we daar mooie prijzen aan verbinden door bijvoorbeeld sponsoren aan te trekken, de vrachtprijs iets te verhogen of door enkele exclusieve bonnenverkopen te houden.

Verder mooie reportages van de winnaars in plaats van de enkele regeltjes die ze nu krijgen, terwijl een beste hokprestatie een halve bladzijde krijgt.

Op die elektronische veranderingen zit niemand te wachten, 80% van de liefhebbers is immers bejaard. We staan aan de afgrond en dat draai je niet meer terug, dat had 30 jaar eerder gemoeten. We kunnen er wel voor zorgen dat iedereen de komende jaren de mogelijkheid krijgt om op zijn of haar manier van deze hobby te genieten.

In deze periode is er weinig te doen op de hokken. Hier en daar pas ik wat aan. Op het jonge duivenhok maak ik alle bakken die laag aan de grond zitten dicht, zodat ik minder hoef te bukken en het vloeroppervlak kleiner wordt waardoor ik de duiven gemakkelijker kan pakken.

Mijn rugklachten spelen vaker op, dus speel ik daar op in. Ik kweek iets selectiever, dus minder jongen dit jaar. Ik wil er nog wel een dikke 100 omdat ik graag selecteer. Er passen zonder problemen 250 jonge duiven op mijn hokken, dus die 100 à 120 hebben genoeg plaats om te zitten.

Mijn oude duivenhokken raken ook niet overbevolkt. Er zitten 24 koppels op een hok waar een ander 50 koppels in zou zetten. Zo had ik dit najaar een buitenlandse delegatie op bezoek die de kwekers en vliegers wilde zien. Nadat ik de vliegduivinnen- en doffers had laten zien, kreeg ik de vraag waar de andere vliegduiven waren. Ze dachten dat ik hier met 100 oude duiven vloog!

Ik ga graag met duiven om, maar hang niet aan een duif en laat duiven ook niet het voer uit mijn mond pikken. Ik pak ze zelden, alleen om in te manden of omdat ik vermoed dat er iets niet pluis is. Daarbij kan ik slecht duiven verzorgen die geen toegevoegde waarde hebben, die verwijder ik het liefst zo snel mogelijk. Zo ben ik altijd geweest.

Tijdens mijn verkoop in 2006 verkocht ik 50 oude duiven die bijna allemaal een 1e hadden gewonnen, op teletekst hadden gespeeld of Asduif waren. Ballast had ik toen niet nodig en nu nog steeds niet. Is mijn vertrouwen in een duif weg, dan vertrekt hij. Zo simpel is dat, wat ‘ie ook gekost heeft.

Anderzijds heb ik ook wel eens duiven aangehouden waar ik een rotsvast vertrouwen in had, terwijl er de eerste twee jaar geen veer uit kwam. Zij bleken later toch een goede kweker te zijn, wat er door pech of een verkeerde partner eerder niet uit kwam.

Kortom, duivensport blijft moeilijk, maar ik laat me vooral leiden door eigen initiatief en inzichten.

Na al het fysieke ongemak dit jaar maak ik me minder druk om randzaken rondom de duivensport en doe ik alleen nog waar ik achtersta. Verder behandel ik mensen hetzelfde zoals zij mij behandelen, of het nu vrienden zijn of niet.

Veilingen

Ben je nog op zoek naar aanvulling voor je kweekhok? Op P-BAY eindigen morgen en overmorgen twee veilingen van Brabantse tophokken: Colijn-Fox en De Hoogh & Zoon. Beide zijn hokken met kwaliteit onder de pannen. Ik vlieg ertegen, dus ik weet waar ik over praat.

Testproducten

Over het testproduct voor een betere bevruchting nog dit: veel wondermiddelen bestaan uit fabeltjes. Hier kan men Spirulina aan toevoegen wat mij betreft. De twee oudere kwekers alsmede enkele zomerjongen doffers waren onbevrucht.

Nu worden er vanuit het buitenland kruidenpillen opgestuurd die je vijf dagen achtereen moet geven. Ook die worden uitgetest op de twee oude kweekduiven. Ik houd u op de hoogte, al zijn ook hiervan mijn verwachtingen laag.

De afdelingen schijnen zich ook te gaan bemoeien, het NPO-bestuur krijgt het er moeilijk mee. Ik houd me afzijdig en focus me op het nieuwe seizoen.

Aankomend weekend stofzuig ik de hokken waar de jonge duiven ingaan. Eerder had ik ze al uitgebrand. Eens in de drie jaar spuit ik alle hokken zuiver met een hogedrukreiniger. Dit jaar heb ik alleen met de bladblazer overal het stof weggeblazen, ook van de plafonds.

Ik hoef er nu dus alleen nog maar met de stofzuiger langs te gaan. De mest en lavakorrels had ik in de derde week van september al verwijderd, toen de overgebleven duiven naar de oude duivenhokken gingen.

Ik vind dat jonge duivenhokken minstens vier maanden leeg moeten staan voordat er een nieuwe lichting ingaat. Vroeger op de oude hokken was ik zo gek dat ik ze elk jaar ging kalken vanbinnen. Ik mengde daar zelfs Halamid doorheen. Zoals altijd komt verstand met de jaren, dus op de nieuwe hokken sinds 2007 geen kalk meer op de wanden.

Wel zijn de vloerbalken in carboleum gezet, waar insecten en muizen niet tegen kunnen. Op de oude hokken zaten zelfs het ribwerk van de wanden en de kap in carboleum. Ik heb daar nooit één mot op het hok gezien.

Als de hokken met de stofzuiger gedaan zijn, gaat er weer nieuwe lavakorrel in. Vervolgens kan de eerste ronde jongen eind januari weer op zijn plek.

De jaarling vliegduiven hebben op een enkeling na hun laatste pen gegooid. Zij krijgen nog tot half januari om de dag Sedochol in het water en voederolie over het voer.

Onlangs was ik bij Léon Roks, de Barcelona winnaar van enkele jaren terug. Zo goed als alle duiven in handen gehad en ik moet zeggen dat de kwaliteit bij zijn vliegduiven super is. Ik verwacht in 2020 dus spektakel op de overnacht.

De vliegduiven zagen er perfect uit. Léon hanteert ook een volle bak systeem en de nieuwe hokken zijn net als hier volledig open. Verduisteren doet Léon namelijk niet. Mooi zacht gepluimde en goed gesloten duiven, al was ik zelf meer gecharmeerd van de oude lijnen dan van de nieuwe, aangekochte naamduiven.

PIPA veiling

Gisteren heb ik elf jonge duiven op de foto laten zetten voor de PIPA veiling. Het is een verzameling zomer- en late jongen geworden. Het betreft mooie duiven uit goede ouders, waaronder een laat jong uit Olympic Super Rossi x Olympic Millennium, twee Olympiade duiven tegen elkaar dus.

Tussen die elf ook een laat jong uit Lichte Super Rossi (3x teletekst) x Dragon Girl (dit jaar 9e nationaal La Souterraine tegen 10.956 duiven. Eerder al de 11e NPO Orléans, 2e Gouden Crack FZN én ze won tweemaal de 1e in het Rayon).

Verder in de veiling:

– Twee keer een half broer/zus uit Lichte Super Rossi en Golden Ace. Laatstgenoemde won tweemaal de 1e in het Rayon en werd dit jaar moeder van 008 (4e nationaal Asduif) en 009 (tweemaal teletekst, 5e Asduif WHZB en 1e Asduif Eendaagse Fondspiegel).

– Twee jongen uit Fast Rocket x Dragon Star, beide teletekstwinnaars en ouders van Dragon Girl (teletekstwinnaar en tweemaal de 1e in het Rayon) en Imperial Rocket (teletekstwinnaar en de 1e in het Rayon).

– Twee jongen uit Blue Diamond. Zij is de zus van de 1e WHZB en moeder van meerdere 1e prijswinnaars, zoals Superboy die de 1e NPO won tegen 17.500 duiven. Tevens is ze moeder van Claire bij Maarten Huijsmans en van enkele 1e prijswinnaars in het Rayon, waaronder de 3e nationaal Asduif.

Als 5e Beste Liefhebber van Nederland bij de WHZB probeer je elf duiven van uitzonderlijke kwaliteit aan te bieden. Desondanks krijg je door één van de Nederlandse PIPA agenten het gevoel aangepraat dat het nog niet goed genoeg is. Hmm. De rest zal betere aanbieden, zeker?

Ik heb nog een bon geschonken in de vereniging, maar daar wel bij gezegd dat ze hem tijdens de tentoonstelling moeten verloten, zodat iedereen kans maakt hem te winnen en niet alleen degene met de meeste centen.

Het is rumoerig omtrent de NPO-voorzitter gezien de brief die rond is gestuurd door enkele leden van Afdeling 8. Iemand van de troon stoten lijkt me simpel, maar zie maar eens iemand te vinden die het beter doet. Dat is niemand gelukt in de afgelopen 20 jaar aan het dalende ledenaantal te zien. Maar goed, bepaal zelf wat je ermee doet. Ik houd me overal buiten en wacht af.

Update kweekseizoen

Hier had de helft van de kweekkoppels op dag 9 hun eerste ei. Het is nu dag 10 en 25 van de 30 koppels hebben een ei, wat niet tegenvalt ook al zegt het natuurlijk niets of er goede of slechte duiven worden gekweekt. Kweken is een kansspel. Je kan er als liefhebber alleen voor zorgen dat je duiven in topconditie en goed voorbereid zijn.

Hier worden de beste op de beste gezet, het liefst iets in kruising en daarbij vermijd ik te nauwe inteelt. Ik compenseer zelden. Een duif die compensatie nodig heeft verwijder ik liever. Naar bouw of ogen kijk ik nooit, alleen goede genen x goede genen en dan zit ik nog vaker mis dan goed.

Ik ben er wel achter dat ik voor eigen gebruik de laatste jaren twee op de tien bruikbare duiven heb gekweekt. Dat zijn duiven die als jong minimaal één keer per honderdtal spelen. Enkele jaren terug was dat zelfs maar één op de tien.

Ik praat dan nog niet over goede duiven. De een vindt een duif die 4x 1:10 kan spelen goed, de ander vindt een duif die zelden mist – ook al zijn het staartprijzen – een goede. Er zijn er ook die vinden dat een duif bij de nationale kampioenen moet staan voordat het een goede is.

Rui voorbij

Op de meeste hokken is de rui voorbij. Hier zijn de meeste jaarlingen aan hun laatste pen bezig en ze zien er weer uit om door een ringetje te halen. Alleen gaat minimaal de helft het volgende seizoen weer door de mand vallen.

Overnachtduiven

De 20 jongen die dit jaar ZLU Agen gaan vliegen staan hier dicht bij de natuur. Hun hok staat altijd open. Bij schemering gaan ze vaak al naar buiten en tegen dat het donker wordt weer naar binnen. Het is alleen om te schuilen, er zit immers alleen een gazen voorfront in. Ze zijn geënt en hebben niet eens een tricho pil gehad. Toch zijn ze schitterend ingepluimd en is de mest super.

We gaan het zien of één van die 20 in staat is om vroeg te vliegen van Agen of dat ze allemaal door het ijs zakken.

Veiling Colijn-Fox

Voor degene die nog versterking zoekt: op https://pbay.be/en/auctions loopt een veiling van goede vriend Peter Colijn of Colijn-Fox met veelal kruisingen van mijn duiven met duiven van Jan Hooymans.

Tip: er zit ook een duivin tussen uit een volle broer van de duif uit New Harry die onlangs alle records brak op de Golden Ten verkoop. Die stond gekoppeld aan een dochter van Super Rossi x Fast Jewel en dat is weer een zus van de moeder van National Rossie.