Duivenloos weekend

Een weekend zonder duiven is niets voor melker en duif. Althans, mijn duiven worden niet beter van een week rust. Uiteindelijk moet ik dus zelf op pad, wat honderden andere liefhebbers ook gaan doen of reeds gedaan hebben.

Dat zoiets prima kan, is vanzelfsprekend. Men had ook gewoon een korte vlucht kunnen vliegen, denk ik. Ik kijk vandaag zeker naar hoe de concoursen in België verlopen om te zien of ik gelijk heb of niet.

Ik blijf erbij, vroeger was het ook warm en kampten we ook met hittegolven. Afgelasten of inkorten deden ze toen echter niet. Rampvluchten had je ook wel eens, maar zelden met warm weer.

In Het Spoor der Kampioenen las ik een stukje van afdelingswinnaar Herman Calon uit Zeeland. De man heeft jarenlang ervaring wat top spelen met duiven betreft. Herman is inmiddels over de 80. Ik was daar in 1991 en zo fanatiek als hij toen was, is hij nog steeds.

Hij heeft op duivensportgebied ook alles wel eens meegemaakt en denkt er qua jonge duiven hetzelfde over als ik. Ze kunnen goed tegen de warmte en we beginnen veel te laat. Normaal hadden die enkele weken terug al twee nachten mand vluchten moeten hebben.

Herman heeft meer ervaring met knetterhard spelen dan het voltallige NPO-bestuur bij elkaar. Toch denkt men het beter te weten en wordt er niet naar ervaren spelers geluisterd of überhaupt een reportage gelezen. Men schijnt hun informatie liever van Facebook te halen, wat de duivensport vroeg of laat de das om zal doen.

Ik vraag me wel eens af in hoeverre onze sport nog van en voor de liefhebber is. Zo heeft men het in Op (de) Hoogte over de Olympiade in Roemenië en in 2024 in Maastricht. Ik denk dat 95% van de liefhebbers hier totaal niet in geïnteresseerd is en dit puur een bestuurlijk iets is.

Aansluitend lees je het volgende zinnetje in Op (de) Hoogte:

Het Nationaal Vliegprogramma is tijdens de najaarsvergadering van 2021 voor drie jaar vastgesteld en dat geeft een zekere rust. Ook fijn om dat zo mee te maken.

Men wil rust, onbegrijpelijk!