Leeg is leeg

De 28 kweekkoppels zitten weer samen. Eigenlijk probleemloos, zelfs de vier zomerjongen paarden met een oude duivin aan.

De koppels zitten verdeeld over drie hokken met een capaciteit van twaalf koppels per hok. Het lukt me echter nog steeds niet om naar eigen maatstaven alle 36 bakken vol te krijgen. Er zijn nog wel vier super jonge duiven naar de kweek verhuisd.

Er zouden weliswaar meer bewezen toppers naar de kweek kunnen, zoals Urana (7x de 1e) en Mathieu (5x de 1e), beide jaarlingen. Maar, ook in 2022 moet het met goede vliegduiven gebeuren. Er zitten 30 vliegkoppels en wat losse duivinnen waarvan uiteindelijk alleen de beste exemplaren het verschil gaan maken tussen winst en verlies.

Bij een ander zal het misschien anders zijn, maar mijn beste jonge duiven zijn het jaar erop ook vaak mijn beste jaarlingen. Ik geloof dus niet in jonge duiven uitpersen, of je moet daar tussen de vluchten door elke dag nog meer dan 60 km mee rijden.

Het jonge duivenprogramma wat wij jaarlijks krijgen voorgeschoteld mag geen enkel probleem zijn voor goede, gezonde duiven. Vandaar dat ik me ook niet druk maak over jongen die wegblijven, want die hadden het als jaarling ook niet gered.

Verliezen oude duiven

Ten opzichte van 10 jaar geleden verspeel ik jaarlijks wat meer oude duiven. Persoonlijk denk ik dat deze problemen zich vooral onderweg voordoen, dan heb ik het bijvoorbeeld over het toegenomen aantal draden in de polders en de windmolens.

Zo kreeg ik ook meermaals bericht dat mijn duiven opdoken in de gekste landen waar ze onmogelijk zelf naartoe konden vliegen. Na onderzoek bleken dat duiven te zijn die in Frankrijk met netten werden gevangen en doorverkocht door handelaren. Tegen de kopers werd verteld contact op te nemen met de rechtmatige eigenaar voor de stamkaart en het eigendomsbewijs.

Regelmatig krijg ik ook melding van een gewonde oude duif die in Frankrijk aan een draad is blijven hangen en door een particulier werd aangemeld. We kennen ook allemaal de foto’s van een groep jagers bij een veld vol dode wedstrijdduiven in Frankrijk. Schijnbaar vinden die het fijn om in een hinderlaag zoveel mogelijk net geloste duiven uit de lucht te knallen. Ook bij mij zijn er wel eens duiven thuisgekomen met hagel in hun lijf.

Dan natuurlijk nog de gevaren van roofvogels die vermoeide duiven te grazen nemen tijdens hun weg naar huis. Kortom, de verliezen van oude duiven die weliswaar meer ervaring hebben, zijn wel te verklaren.

Zo kan een duif het ook opeens opgeven wanneer hij of zij door de energievoorraad heen is. Te vaak hoorden we van echte topduiven dat ze enkele kilometers van het hok totaal uitgeput werden opgeraapt of doodgereden. Op is dan ook gewoon op bij zo’n vermoeide duif.

Zelf maakte ik dit mee met een doffer die meerdere malen de 1e won en 1e Asduif Brabant 2000 werd. Ik besloot hem dat najaar nog op de nalijn te spelen en hij bleef achter van amper 100 km. Hij werd enkele dagen later op 20 km van huis aangemeld. Kinderen hadden hem leeg en vermagerd van straat gepakt.

Ik herinner me ook het verhaal van wijlen Marijn van Gastel, die 1e Asduif WHZB op de midfond werd met zijn Winner. Hij besloot hem nog één vlucht van 450 km te spelen (die overigens niet telde), waarvan hij achterbleef. Enkele dagen later werd die duif uitgeput van straat gepakt op slechts enkele kilometers van huis.