Het einde en het begin

Voor de kweekduiven zit het seizoen erop en voor de vliegduiven start ‘ie juist. De kweek is weer goed verlopen dit jaar. Enkele slechte eitjes, maar al bij al van de meeste toch zes jongen voor mezelf gespeend.

Er zijn er veertien naar een liefhebber met wat tegenslag gegaan, zes naar een jeugdlid, achttien naar mijn schoonvader en ruim 60 naar Jan in Friesland. Er gaan er nog drie naar een bevriende Italiaan, dus in totaal zijn er circa 100 weggeschonken, maar ook dat moet kunnen.

Vandaag gingen de vliegduiven net als afgelopen dinsdag op pad voor 25 km en dan zit ook voor hun de training erop. Vrijdag is een verplichte rustdag voor ze. Mijn duiven zijn niet verder dan 25 km van huis geweest, maar ik lig niet wakker van de sprong naar 143 km.

Wat het wordt zaterdag, zullen we af moeten wachten. Vaak is het een kwestie van gelijk vallen en binnenkomen. Dat zoiets niet meevalt op de eerste vluchten met een ploeg van 49 jaarlingen en acht duiven van twee jaar, is één ding wat zeker is. Na enkele vluchten zullen ze het spel wel snappen, verwacht ik.

Het belooft mooi weer te worden. Ik verwacht niet dat ze vroeg lossen, want zoals altijd zitten wij kort aan de grens en dan mag iedereen voor.

In Brabant kan je vrijdagavond inmanden voor 140 km en zaterdagmiddag voor 90 km. Over extra werk voor inkorvers gesproken, en dat om 50 km verschil. Ik snap daar weinig van, maar dat ligt ongetwijfeld aan mij. Bij mij gaan de overnachtduiven gewoon mee op het programmaspel.