Ik pleit al jaren voor een flexibeler programma, net als Bas Verkerk, overigens. Het weer wordt steeds extremer en daarom moeten de maandag en vrijdag eigenlijk ook tot de opties behoren.

Dit weekend hadden de meeste afdelingen drie nachten mand. Afd. 8 en 9 losten wel laat in de middag na twee nachten mand, maar maakten daarbij de fout na 13.00u te lossen. Bij afstanden boven de 300 km is dat vragen om problemen, die ze ook kregen.

Oost-Brabant, Limburg en afd. 7 hadden een nachtje minder en daar verliep het concours wel wat beter.

Wijzelf hebben eerder drie nachten mand gehad met de jonge duiven en dat ging prima, maar toen was het niet zo warm. Nu was het een wereld van verschil of je onder of boven in de wagen zat en in of uit de zon.

Zo ben ik nog steeds geen voorstander van het gezamenlijk lossen met Zeeland wanneer er oost in de wind zit. De oostkant kent dan altijd problemen en moeilijke concoursen.

Uiteindelijk was het voor mezelf ook een moeilijke vlucht. Ik draaide weliswaar twee duiven in de top 10 NPO, maar raakte ook vier hele goede jonge duiven kwijt.

Mijn eerste duif is een samenkweek uit een doffer van Fred Lodewijk, die hij kocht op een veiling van mij bij GPS x een duivin van Bas Verkerk van mijn Chinese vriend uit Ponto.

Mijn tweede komt uit Millenniums Winner, met zelf een 1e NPO Châlons met 5 minuten voorsprong bij Jan in Friesland. Hij zat gekoppeld aan Fast Lady, een halfzus van Dragon Girl.

Bij Comb. van Wanrooij, die ze weer super pakten, won een kleindochter van Olympic Dragon voor de tweede keer top 10 NPO. Zij kochten deze op PIPA.

In Polen zat een kleindochter van Pure Gold erg vroeg van de eerste jonge duivenvlucht. Eerder won men daar met twee kleinkinderen van Pure Gold tweemaal de 1e prijs tegen ruim 5.000 duiven. Ook dit kind van Pure Gold werd op PIPA gekocht door de Poolse liefhebber. Tenslotte is ook Jan zijn beste duif van nu een kleinkind van Pure Gold.

Mijn duiven krijgen deze week relatief rust en gaan donderdag weer de mand in voor 450 km. Een enkeling gaat niet meer mee, daarin ben ik mijn vertrouwen inmiddels kwijtgeraakt.

Eén ding wil ik nog toevoegen aan mijn laatste blogbericht en dat is het gedrag van ons als liefhebber. Klagen kunnen we als de beste als het om verliezen gaat, maar er iets mee doen verduidelijkt onderstaande, binnengekomen mail.

Beste Peter,

Dank voor eerlijke en duidelijke Blog stukjes. Met name je laatste verliezers of uitvallers slaat de spijker op z’n kop. Ik heb nog een kleine aanvulling. Ik heb onlangs voor een vriend een jonge verdwaalde jonge duif opgehaald bij Opvanghok 39 in Waspik en was onder de indruk van de verzorging en aanpak. De discussie waar blijven onze duiven kan daar opgestart worden. Op dit moment zaten er 700 duiven en afgelopen zondag waren er 1400 verwijderd, daarnaast nog een deel naar België gebracht naar een centraal hok van de KBDB. Het waren er nog nooit zoveel geweest volgens Frans de organisator van dit opvanghok. Van minder dan 20% van de meldingen komt een reactie.

Als niet actieve melker help ik regelmatig wat jeugdleden of andere melkers in het samenspel Zuid Hollandse Eilanden en keur ’s winters wel eens op tentoonstellingen.

Er zaten in Waspik meerdere duiven die qua conditie en type niet zouden misstaan op een keuring. Duiven die om wat voor reden bij het opleren verspeeld worden verdienen een eerlijke kans. Het zou een mooie opgave zijn voor de NPO om dit eens goed te organiseren.

Het is elk jaar hetzelfde deuntje, vaak onder dezelfde groep duivenliefhebbers: “Hoeveel ben je er kwijt?”

Wat kun je hiertegen doen? Nou, ik heb wel wat ideeën. In die 45 jaar duivensport heb ik namelijk alles al eens meegemaakt. Dit kun je als liefhebber veranderen:

  1. Stel je verwachtingen bij. Weet dat je vaak maar met 1/3 van het aantal gekweekte jongen kunt gaan vliegen.
  2. Zorg dat ze minimaal 4 weken voor de vluchten gezond zijn en begin op tijd met opleren, vanaf kleine afstanden.
  3. Selecteer jaarrond op gezondheid. Zwakke duiven die hun staart spreiden of omhoogsteken als je ze pakt verwijder je beter ook meteen. Vaak raak je die niet kwijt, maar prijswinnen doen ze ook niet.
  4. Geef ze minimaal 4 weken voor de eerste prijsvlucht alle vaccinaties.
  5. Zorg dat je altijd goede medicatie tegen adeno in huis hebt, zodat je direct kunt ingrijpen indien nodig.
  6. Geef 2 weken voor de eerste vlucht een trichopil, luisdruppel én een kuur van ca. 3 dagen voor de luchtwegen.

 

Ook de afdelingen kunnen een steentje bijdragen, een deel van de problemen komt immers voort uit menselijk handelen:

  1. Mand de duiven voor de eerste trainingsvlucht met de afdeling op woensdag in. Stop er max. 20 in de manden, laat die duiven op de parking van de verzamelloods staan en voer die daar tot de zaterdag. Zo leert het gros van de jongen eten en drinken in de mand en raken ze gewend aan de stress die daarbij komt kijken. Vervolgens los je ze zaterdagochtend vroeg op 30 km.
  2. Ik zie overal vrachtwagens met slachtkippen of varkens rijden waarvan de zijkanten openstaan of bestaan uit windbreekgaas. Op YouTube vind je tal van filmpjes van duiven die in warme gebieden, zoals Australië, China en Taiwan naar de losplaats worden gebracht. Dit haast altijd in wagens met de zijkant open, met windbreekgaas of ander luchtdoorlatend materiaal.
  3. Los NOOIT oude en jonge duiven tegelijk op de eerste vier vluchten. De oude duiven verstoren de oriëntatie van de jonge nadat ze net zijn gelost. Neem anders zelf de proef op de som en los je eigen jonge duiven eens tegelijk met je oude. De oude zijn zo thuis, maar de jonge keren niet of geheel uit elkaar geslagen terug.
  4. Los zo vroeg mogelijk en laat de afdelingen korter aan de grens 2 weken eerder starten of de eerste weken op zondag vliegen, zodat we elkaar niet telkens in de weg staan en daardoor veel te laat worden gelost. Duiven voor de eerste keer na 11.00u lossen is vragen om problemen. Toch zeker met de wind vanachter.
  5. Verder vind ik dat we bij 2 of meer nachten mand nooit meer dan 23 jongen in de mand moeten stoppen.
  6. Tenslotte zouden de twee bovenste rijen in een vrachtwagen nooit gevuld mogen zijn, want warmte stijgt op. Daarnaast moet elke trailer mechanische ventilatie hebben en een gotensysteem dat continu een lichte stroming heeft van circulerend water dat in een grote tank wordt gekoeld door een koelelement.

 

Roofvogels zijn in mijn ogen een groot probleem, met name de eerste weken bij het lossen van de jonge duiven. Ik heb al te vaak meegemaakt dat ik de jongen losliet bij een losplaats en dat ze meteen alle kanten uitspatten door een roofvogelaanval ter plaatse. Vaak was ik er dan een hoop kwijt.

Kom bij mij niet aanzetten met: “Roofvogels zijn er altijd geweest”. Ik heb mijn hele leven in het buitengebied gewoond en op het land gewerkt, zelden zag ik een roofvogel. De laatste jaren daarentegen hoef je maar in de auto te stappen en je ziet er tientallen op palen en geluidswanden zitten.

Dat er vroeger geen duiven verloren gingen, geloof ik ook niet. Wij legden altijd stro tussen de aardbeien. Hele kladden met verloren geraakte jonge en oude duiven liepen tussen dat stro te zoeken naar een tarwekorrel.

Gsm-masten en stralingen, daar heb ik ook mijn twijfels bij. Na vijf vluchten verlies je amper nog duiven, terwijl die masten nog steeds op dezelfde plek staan.

Wel denk ik dat meer en meer duiven sneuvelen door al die draden en windmolens. Voor elke duif die gewond terugkeert overlijdt er ongetwijfeld ook één. Ga anders maar eens praten met een jager over wat hij allemaal aantreft onder draden en windmolens.

Vroeger op school startten we allemaal met dezelfde opleiding, maar slechts een enkeling belandde op het gymnasium. Bij duiven is dat niet anders. Ongeacht hoe mooi ze zijn of wat de pedigree is; het wil nog niet zeggen dat ze het kunnen.

Nou, zo heb ik weer € 100.000,- van de leden bespaard met wat gratis advies van iemand die met zijn voeten in het veld staat. Grapje natuurlijk, want ik weet heus wel dat de geleerde voorzitters hier niets mee gaan doen.

De jonge duiven wonnen van Saint-Soupplets de 3e t/m 10e prijs in Brabant 2000 tegen 5.253 duiven. Drie arriveerden tegelijkertijd, maar daar zat ook een vreemde tussen waardoor ze niet vielen. Kort daarachter volgde een kladje van 10 en die vielen wel meteen.

Ze zagen er top uit, maar ik zag de zuidwestenwind wel wat aantrekken, daarom was ik er hier op de voorgrond niet gerust op. Frans en Jordi Damen wonnen uiteindelijk de 1e en 2e prijs in Brabant 2000, met ook daar veel Embregts-Theunis bloed in de winnaar.

Ate Jan Mulder won tegen 6.718 duiven de 1e prijs in afdeling Friesland ’96 met een 100% Embregts-Theunis duif.

De gebr. van Belzen haalden uit op de nalijn in afdeling Zeeland ’96 en wonnen tegen 5.987 duiven 1-11-12-15. Hun eerste drie get. zijn allen 100% Embregts-Theunis.

Karel Oostendorp won net als vorige week de 1e prijs in de kring met twee broers, beide 50% Embregts-Theunis.

Kortom, de Embregts-Theunis duiven hebben het in zich om te kunnen winnen tegen grote concurrentie, met dit weekend dus drie afdelingsoverwinningen verspreid over heel Nederland.

Men vraagt mij waar de winnaars uitkomen, maar dat vermeld ik niet meer op deze site. Te vaak liepen zulke duiven na een mindere vlucht ergens binnen en dan was ik er vanaf. Hier is alles toch een mix van Super Rossi en het Millennium koppel, ofwel de lijnen Dragon Rocket en Witbuik met af en toe een vleugje Verkerk, Tournelle of De Bruijn.

Zo gaf goede vriend Davy Tournelle zijn derde ronde voor het eerst voor port mee op Montargis en won daarvan de 1e t/m 9e prijs tegen 1.239 duiven. Vorige week won hij in België de 1e nationaal Bourges. Zijn eerste duif vloog maar liefst 6 minuten los op zijn tweede. Deze losvlieger komt uit Zoran Junior.

Deze Zoran Junior is ook opa van drie toppers op mijn eigen kweekhok, namelijk:

  1. National Torres, 1e en 2e NPO en 2e nationaal Issoudun;
  2. Torres Diamond, 5x top 10 NPO en vader van meerdere top 10 NPO-winnaars, inclusief de 8e nationaal Argenton in België;
  3. Zora, 1e nationaal jaarlingen Orléans en 3e nationaal over de gehele lossing. Ook won ze de 8e NPO Châteauroux.

We maken ons op voor de vijf laatste, tevens belangrijkste jonge duivenvluchten. Althans, als ik voor mezelf spreek.

Dit jaar speel ik geen nalijn met de oude duiven. Zij hebben het al super gedaan en krijgen nu rust. Zij wonnen dit jaar 13x top 10 in de afdeling.

Twaalf jongen krijgen een tweede kans op de nalijn, nadat zij aan het begin van het seizoen gewond moesten afhaken. Zij zitten samen in een apart hok en gaan ‘s middags een uurtje naar buiten. Mocht hier een uitblinker tussen zitten dan kan die eventueel nog mee naar de laatste Melun.

Ik wil volgend jaar maximaal 24 vliegkoppels en misschien zelfs maar 18. Verder 24 kweekkoppels en ca. 120 jonge duiven, zodat ik er na enkele vluchten nog 50 à 60 over heb om de rest van het seizoen mee af te ronden. Dat zijn er meer dan genoeg voor mij.

Zoals altijd steek ik mijn energie alleen in duiven die per honderdtal kunnen spelen. Per duizendtal valt niet meer mee met de steeds kleiner wordende concoursen.