Het geeft een zekere vorm van rust om eens geen nalijn te vliegen. Ik kan me nu beter focussen op de jonge duiven, maar dan moet het zoals altijd nog wel een beetje meezitten.

De kweekduiven zitten nu zonder pluimen en krijgen om de dag Naturaline en Sedochol. Na de laatste jonge duivenvlucht krijgen alle duiven een tiendaagse paratyfuskuur gevolgd door een enting en een luisdruppel.

Na deze kuur alleen Naturaline en Sedochol in het water tot het einde van de ruiperiode. Verder over de basismengeling elke dag Origanum Red en Champions Mineralenmix en tweemaal per week Prestavit.

Voeren doe ik in de ruitijd eenmaal per dag. Schoonmaken doe ik na de rui en een bad krijgen ze eenmaal per week. Op deze manier ruien ze hier al jaren super en zijn ze vaak rond de jaarwisseling al door hun oude pennen heen.

Volgend jaar houd ik gewoon 24 vlieg- en 24 kweekkoppels, het draait hier om kwaliteit en niet zozeer om kwantiteit. Ik wil de afstamming van elke duif uit mijn hoofd kennen zonder in de boeken te hoeven spieken. Lukt dat niet, dan heb ik er teveel.

Het selecteren wordt steeds moeilijker. Vorig jaar beleefde ik een superjaar met de jonge duiven. Vier daarvan hield ik ondanks hun mindere prestaties door en dat waren dit jaar mijn beste jaarlingen, terwijl ik die als jong dus eigenlijk had moeten uitselecteren.

De eerste NPO-vlucht is achter de rug. Ik verwachtte er met de WZW wind niet veel van, want meestal zitten we dan niet goed hier. Alle duiven kwamen uit het noorden. Mijn eerste duif verspilde helaas enkele minuten, de tweede gelukkig niets.

Tevreden ben ik in principe nooit. Van de eerste 15 getekende duiven die ik had ingegeven stonden slechts enkele op appel. Dit waren veelal duiven die tot op heden niets hebben laten zien. Met deze wind zie je dat wel vaker, maar elke week gaat het door. Speel je niet, dan kan je ook niet winnen.

Mijn eerste duif won uiteindelijk de 4e NPO tegen 10.233 duiven en komt uit Blue King (3e NPO Orléans) x Fighter Daisy (dochter Super Rossi en moeder van diverse 1e prijswinnaars).

Mijn tweede duif won de 5e NPO en is een dochter van Olympic Turbo, afkomstig uit de samenkweek met Eijerkamp (Turbo Rossi x Olympic Millennium). De moeder is Athena’s Rossi (5e nationaal Asduif en werd vorig jaar moeder van Olympic Rossi (3e Asduif PIPA Rankings)). Athena’s Rossi is een dochter van Super Rossi.

Rene Roks won gisteren de 1e NPO tegen 10.233 duiven. Diezelfde duif won twee weken eerder de 2e tegen 13.113 duiven in Brabant 2000 en is een achterkleinkind van Super Rossi.

Tot slot heb ik 17 duiven uitgeselecteerd waarin ik geen vertrouwen meer had. Daarbij heb ik me nog ingehouden, want het hadden er eigenlijk meer moeten zijn. De duiven uit de nieuwe testkoppels – waar ik eveneens mijn vertrouwen in kwijt ben – behoorden tot de eerste slachtoffers.

De eerste midfondvlucht staat op het programma, voor mij 351 km. De westenwind zal zeker nog bepalend zijn, maar de afstand begint langzaamaan een rol te spelen. Ik denk dat het gedaan is met de dominantie van sommige kleinere verenigingen, zoals we dit jaar op de korte afstanden zagen.

De voltallige ploeg gaat mee. Er valt nog niets te selecteren, ze hebben immers nog geen noemenswaardige afstand gevlogen. Een deze week teruggekeerde duivin zal ook de stap maken. Zij verdween net voor de eerste vlucht van het hok en heeft al die tijd een kosthuis gehad, dat was er wel aan af te zien.

De nalijn laat ik aan mij voorbijgaan dit jaar, die vind ik niet zo belangrijk. Wil je met de oude tegen de vaak teruggetrokken jonge duiven spelen, dan moet je daar elke dag mee op pad. Vorig jaar deed ik dat nog wel. Ik liet ze de gehele tijd op totaal weduwschap en werd zo met gemak kampioen.

Nu heeft een vereniging die ging hengelen naar nieuwe leden een heel samenspel uiteengedreven met als gevolg dat wij alleen verenigingsspel en kampioenschappen hebben. Het eerstvolgende kampioenschap moeten we in de afdeling behalen.

Voor veel leden die in een samenspel nog wel op het podium konden geraken, houdt het nu op bij het verenigingsspel. Met een 1e prijs in de vereniging kon men voorheen ook een vroege hebben in het samenspel, maar dat zit er dus niet meer in.

Dat andere samenspel schreef de zwakste verenigingen aan om deel te nemen, zelfs verenigingen die nog 10 km verder zitten dan die van ons. U raadt het al, alleen de sterke vereniging was niet welkom. Vandaar dat ik weer terug moet komen op de puntentellingen. Ik hoop dat het NPO hierover gaat nadenken. Als je eerlijk spel wilt nastreven, moet je die uit de afdelingen halen.

Gisteren sprak ik nog een topspeler op de meerdaagse fond. We bespraken dat als je 20 jaar terug een NPO-vlucht won, er bloemen kwamen en je gebeld werd door drie duivenkranten voor een stuk van drie pagina’s. Men was geïnteresseerd in je beleving en de voorbereiding naar de overwinning toe. De lezer kon hiervan leren, want er werden ook foto’s van de duif, het hok, de verluchting etc. gedeeld.

Anno 2022 plaatst men je uit goede wil naast een Grootmeester die vaak niet eens top 100 NPO speelde en soms zelfs niet eens officieel Grootmeester is, maar dat gemaakt is omdat zijn voorganger al een reportage heeft gehad. Dit jaar zag ik al namelijk iemand in een Grand Prix Grootmeesters voorbijkomen die officieel ‘slechts’ 4e was. Wat bleek, de drie voor hem hadden al een reportage gehad. Waar zijn we toch mee bezig, zou je denken.

Sommige langeafstand spelers voelden zich in hun kuif gepikt omdat ik dat spel wel eens aanhaal wanneer het over de verliezen van jonge duiven gaat. Dit is beslist niet mijn bedoeling, want ik gun als geen ander iedereen zijn of haar spel.

Ik schreef het meer ter vergelijking in de hoop de ogen van onze bestuurders te openen en een verdere vernieling van het jonge duivenspel tegen te gaan. Meer mensen worden er moedeloos van getuige de mails die ik ontvang, bijvoorbeeld:

Hoi Peter ik lees graag je berichten en ben het volledig eens met je stelling wat betreft de jonge duiven, het steeds later beginnen is de doodsteek voor het jonge duivenspel.

Voor mij zeker geen andere aanleiding om over de verliezen van overnachtliefhebbers te schrijven, sommige van hun zoeken immers zelf wel contact met de media. Er waren er zelfs bij die nog extreme bedragen gingen plakken op verloren duiven.

Als je geen verliezen wil is de oplossing simpel: niet met duiven spelen. Verliezen zijn van alle tijden, vroeger en nu. Men hield vroeger echter veel minder duiven en dat is één van de redenen waarom ze er minder verloren; er werd gewoonweg veel beter geselecteerd.

Het lijkt erop dat het NPO-bestuur hun gelijk wil halen wat betreft het veel te laat starten met de jonge duiven. Op de website van Kees Bosua las ik namelijk dat er een stuk is gepubliceerd over de mogelijke verliezen van jonge duiven in bepaalde maanden.

Natuurlijk preken wij voor eigen parochie, maar een soortgelijk onderzoek naar de grote verliezen op bepaalde nationale 1.000+ km vluchten met de oude duiven lijkt het NPO niet te willen doen.

Ik ben net als Kees benieuwd met wat voor (onzin)verhalen we in de winter rond de oren worden geslagen. Het argument ‘verliezen’ gaat niet meer op, want die zijn niet minder dan andere jaren. Kijk maar eens op Compuclub naar de aantallen duiven van voorgaande jaren.

Als ik zeg dat we nooit eerder zoveel jaarlingen hebben verspeeld dan in de afgelopen 5 jaar, dan vermoed ik dat weinige me zullen tegenspreken. Althans, toch zeker de mensen die verder spelen dan 250 km niet.

Ik hield eens wat laatjes door waar ik de hele winter mee op pad ging. Zij kwamen als jaarling super, enkele wonnen zelfs een 1e prijs. Toen kwamen de vluchten boven de 300 km met twee nachten mand. Binnen enkele weken was ik ze allemaal kwijt, duidelijk wegens een gebrek aan ervaring.

Het laat met jonge duiven beginnen en ze geen ervaring op laten doen = de problemen verplaatsen naar het jaar erop. Verliezen van > 50% bij de jaarlingen worden dan normaal. Gaan we dan binnen afzienbare tijd ook geen jaarlingen meer boven de 300 km spelen en het probleem doorschuiven naar de tweejarige duiven?