Ik ken meerdere kleine liefhebbers die enorm presteren met amper 12 oude en 20 jonge duiven. Sommige daarvan presteren al 40 jaar op hoog niveau. Ik ben wel eens jaloers op ze, want ze beleven evenveel plezier, maar hebben er een stuk minder werk aan.

Meestal spelen ze alleen het vitesse, midfond en jonge duivenspel. Dat anderen vaak niet slagen met jongen van zulke liefhebbers, komt doordat zij niet dezelfde 200% uit hun duiven halen wat motivatie en verzorging betreft. Wil je er wel hetzelfde aan doen, dan zal je er ook mee slagen, zo simpel is dat.

Die kleinere liefhebber stoort zich niet aan de massa inkorver, maar gaat daar juist de strijd mee aan. Natuurlijk valt men niet op, vandaar dat het Grootmeesterschap misschien wel iets moois is om ook die categorie liefhebbers aandacht te geven.

Zo heeft de Fondspiegel verschillende categorieën voor het aantal ingekorfde duiven per liefhebber. Misschien was dit ook iets voor het vitesse, midfond en jonge duivenspel. De grotere liefhebbers tegen de grote en de kleinere liefhebbers tegen de kleine.

Alle duiven zijn gekoppeld. Er liggen grote en kleine jongen, de verzorgers kunnen dus aan de bak. Ze krijgen daarvoor genoeg voer, mineralenmix en eiwitten toegediend.

De jongen moeten uitgroeien tot gezonde, stevige exemplaren. Tevens mogen de oude duiven niet teveel terugval krijgen van de grote, azende jongen. Met deze temperaturen onder het vriespunt eten ze meer, daar moet je op inspelen.

De jonge duivenhokken zijn in gereedheid gebracht, ze gaan daar dit weekend in. Op de vloer ligt een 7 cm dikke laag beukensnippers van het grofste soort. We kunnen niet meer aan gedroogde lava komen, vandaar deze optie. Bij de jonge duiven schrab ik eenmaal per week de zitplaatsen.

Bij de oude vliegduiven vallen dit weekend op hok #1 de jongen uit, op hok #2 tien dagen later. Hier dus ook veel werk met het zuiver houden en voeren van de duiven. Maar goed, dat hoort erbij. Ik ben blij dat eind februari de meeste jongen gereed zijn.

Het is nu eerder herfst dan winter. Er is weinig aan om de duiven met zulk weer te verzorgen. De jongen springen uit hun bakken en staan eind deze week op eigen benen. Kunnen die al buiten, denk je? Hier mogen ze eerst in een grote ren van gaas waar ze de omgeving goed kunnen bekijken.

Het maakt niet uit wanneer ze het dak op mogen. Ik laat ze zelf los zodra ze goed kunnen vliegen. Bij Jan in Friesland blijven ze 6-8 weken achter gaas voordat ze los mogen, vanwege de roofvogels die daar vanuit de bosrand zitten te wachten tot het feestmaal wordt geopend. Jan moet daarom ook meer jongen kweken dan mij.

Zelf heb ik aan 120 jongen genoeg. Ik kweek er soms wat meer, maar ik selecteer al vanaf het spenen. Ik weet nog niet met hoeveel duiven ik ga spelen. Er zitten nog 64 vliegduiven die het goed doen. Geen problemen met vechtpartijen en een vlotte koppeling, maar toch is de kans groot dat ik er veertien verwijder voordat we gaan vliegen.

Bij de jonge duiven wil ik er na twee vluchten niet meer dan 80 hebben. Wanneer ik ze na de vierde vlucht scheid, mogen dat er niet meer dan 60 zijn. Ik wil niet langer slaaf zijn van mijn duiven en meer gaan genieten van de alledaagse dingen.

Mocht ik ooit verhuizen en kleiner gaan wonen, dan ga ik terug naar vroeger, oftewel 18 vliegkoppels en 18 kweekkoppels. Na het kweekseizoen de kwekers aan de vliegers koppelen, zodat alle duiven een dubbele functie hebben. Zo’n 70 duiven in de winter zijn er dan meer dan genoeg.

De nieuwe woning van onze zoon wordt dit voorjaar opgeleverd, daar zal ik dus ook vaak te vinden zijn om een helpende hand te bieden. Vandaar de keuze voor voedsterkoppels dit jaar. Na april zit hier niet één kweekkoppel meer samen en worden alle voedsters verwijderd.

Ik kan nu eenmaal niet alles tegelijk en wanneer het vliegseizoen start, wil ik geen gedoe meer met kweken. Mijn doelen zijn hetzelfde, namelijk genieten van elke vlucht en inmanden om te winnen. Mijn plezier haal ik uit het vliegseizoen. De rui, kweek en prijsuitreikingen sla ik het liefst over.

In mijn duivenloopbaan heb ik heel wat getest, zowel producten als systemen. Het systeem wat het beste bij mij past is het totale weduwschap. Ik zal hieronder een en ander verduidelijken voor de beginnende liefhebber onder ons.

Hier worden de duiven nooit getoond voor de vlucht, ook geen broedschotel. Zowel de duivinnen als doffers doen het hier goed, maar het ene jaar kweek je nu eenmaal betere doffers dan duivinnen en andersom.

Zo won ik afgelopen seizoen op de dagfond 3x top 10 NPO met een doffer en 1x met een duivin. De doffers waren alle drie jaarling en presteerden als jong ‘normaal’, dus geen toppers.

Ik werd 1e hok dagfond in de Eendaagse Fondspiegel en 1e Gouden afdelingskampioen in de FZN. Op veel plekken doen de duivinnen het beter, of niet, omdat ze aanparen met elkaar.

Hoe ik dat doe? Ik koppel die vaak begin januari. Ze brengen een koppel jongen groot en broeden aansluitend 8 à 10 dagen op hun tweede nest. Waarom? Ik wil ze bakvast en goed aan elkaar gepaard hebben. De eerste wedvlucht laat dan namelijk niet lang meer op zich wachten.

De duiven worden zoals gezegd nooit getoond. Vanaf de eerste vlucht blijven ze bij thuiskomst tot zondagochtend bijeen. Op zondag komt hier niet één duif los. Rond 09.00u trek ik ze uiteen. Ze worden wel op zaterdagavond samen opgesloten, waarbij het hok wordt verduisterd.

Wanneer de duiven thuiskomen van de vlucht zijn alle bakken dicht en kunnen ze op de vloer eten en achter elkaar aan zitten. Is zo’n 85% thuis, dan gaan de bakken open en worden de partners die thuis zijn, opgesloten. Hier dus geen treurende duiven omdat hun partner er niet is, ze mogen toch niet in hun bak.

Het bijlichten dan. Hier gebeurt dat bij alle duiven 12 uur per dag vanaf 2 weken voor de koppeling. Het bijlichten stopt wanneer het in de natuur minstens 12 uur licht is. Daarna begint de verduistering (ongeveer begin maart) van 18.00u tot 08.00u, bij zowel jong als oud.

De oude duiven worden tot half mei verduisterd en de jonge duiven tot de derde week van juni. Voor 08.00u en na 18.00u kom ik dus niet bij de vliegduiven. Ik gebruik die tijd om de kweekduiven te verzorgen. Zo gaat het hier elk jaar, een simpel maar doeltreffend systeem.

De schuifdeuren naar buiten staan de gehele dag open, evenals de plafonds. De oude doffers en duivinnen zitten dan achter een gazen deur, in de zomer en in de winter. De jonge duiven en ik lopen daar heel de dag langs, de oude duiven weten niet beter en kijken daar niet eens naar om.

Ik betreed overdag gewoon de hokken van de oude duiven met goede bekenden als dat nodig is. Ook in het vliegseizoen boeit me dat niet. Ik begrijp de liefhebbers niet die spelende kinderen wegsturen of met heel de buurt ruziën om een opgehangen waslijn. Het is maar net wat je duiven gewend zijn.

De duiven gaan dus begin maart op totaal weduwschap en dat duurt tot half september. Vaak broeden ze dan nog 10 dagen en vervolgens gaan ze uiteen.

Afgelopen jaar werd er geen nalijn gespeeld door een kapotte tijdklok die ervoor zorgde dat de duiven 3 weken lang 24 uur licht hadden in het seizoen. Dit jaar doe ik wel weer mee, want ik speel nu eenmaal graag met duiven.

De kweek verloopt voorspoedig, maar dat geeft natuurlijk geen garanties. Ik heb jaren gekend dat het kweekseizoen van geen kant liep, maar er wel geweldig goede jonge duiven tussen zaten. Het is een kwestie van voorbereiden en in combinatie met dit zachte weer lijkt het dan vanzelf te gaan.

Natuurlijk ligt er af en toe een onbevrucht ei, maar dat is geregeld erger geweest. In de boxen op drie rondes nu geen enkel onbevrucht ei. In het gezamenlijk hok van de tweede ronde wel enkele.

De jongen groeien hard en de mest rond de schotel is perfect. De kweekhokken hebben geen voorkant, dus die duiven zitten in principe 24 uur per dag in de buitenlucht.

Ik voer ze nu tweemaal daags. In de ochtend doe ik Champions Mineralenmix en Origanum Red over het voer. Driemaal per week voeg ik daar Prestavit aan toe. De jongen liggen al stevig in de pluim, dus ze hebben deze gevitamineerde whey eiwitten nodig voor de groei.

Aan het einde van de middag krijgen ze hun tweede voederbeurt. Tegen die tijd is de voerbak leeg, ook de mineralenmix is op. Ik doe vervolgens weer 80% Championsmix en 20% NPO-mix in de bak. Zonder oregano olie ditmaal, maar wel weer met Champions Mineralenmix. De jongen groeien hier perfect op.

Natte mest bij de jongen ken ik niet en komt vaak door te zwaar, eiwitrijk voer met teveel erwten erin. Daarnaast door teveel toegediende zouten uit vitamineralen, pikkoek, piksteen etc. Alles wat vocht aantrekt, daarin zit gewoon teveel zout.

Grit, roodsteen, houtskool en geperste vitamineralen zitten juist geportioneerd in onze emmer en daaruit krijgen ze dus twee keer per dag vers. Jongen moeten goed groeien, maar hoeven niet te worden vetgemest, want dan vallen ze na het spenen vaak terug.

In de wintermaanden kom ik eigenlijk nooit bij de dierenarts. Ze vonden vroeger zelden iets, op hele lichte tricho na wanneer ze jongen hadden. Coccidiose en wormen vonden ze ook nooit, dat kwam eenmalig voor bij een aangekochte duif.

Vandaar geen controles meer in de winter. Als de jongen goed groeien, mooie mest hebben en je kan ze met zes dagen ringen zonder dat de ring eraf valt, dan hoef je je ook geen zorgen te maken.

Pas wel op met vreemde aanwas bijhalen. Ik zet zelf nooit jongen van een ander bij mijn eigen jongen. Al wat hier op de jonge duivenhokken zit, is hier geboren.

De kweekduiven kweken van eind november tot eind juli, die krijgen alleen een tricho tablet in het najaar en komen niet met andere duiven in aanraking. Doordat ze alle dagen in de buitenlucht vertoeven, is hun weerstand hoog genoeg. Zou er één kwijlen, dan vertrekt ‘ie gewoon.