Een duivenseizoen is voorbij voordat je er erg in hebt, de oude duivenvluchten zitten er namelijk weer zo goed als op. Het was een raar jaar met veel wisselvallig weer, maar de betere duiven deden het toch weer goed en de mindere zoals verwacht niet.

Oude duiven

Bij de oude duiven won Lichte Super Rossi (een zoon van Super Rossi) voor de derde keer dit jaar de 1e prijs. Dit is één van de betere van het hok. Op de dagfond was Harry’s Rocket mijn eerste, gevolgd door die topduivin van Peter van Oerle; een kleindochter van de 13 van Herman Bevers.

Jonge duiven

Met de jonge duiven speelde ik 1e, 2e en 3e. De 1e komt uit Blue King, een zoon van Amazing Nugget (3e WHZB). Blue King zelf won ook de 1e in het Rayon en de 3e NPO van Orléans. Hij stond gekoppeld tegen een dochter van Super Rossi.

De jonge duiven deden het naar behoren, al kwamen ze net als de dagfond duiven vanachter terug. Ze zitten nog een week samen, na volgend weekend uiteen. Dan kan én moet het spel beginnen. De groep zal dan ook gereduceerd worden naar 50, dat zijn er genoeg om mee te sleuren. De beteren hebben zichzelf toch al laten zien.

Door mijn aanhoudende rugklachten ben ik genoodzaakt om het duivenbestand flink in te krimpen. Telkens anderen overal mee opzadelen is niet zozeer het probleem, maar ik wil die mensen niet met een heleboel manden naar het lokaal laten gaan.

Ik heb voor mijn verkoop in 2006 altijd twaalf kweekkoppels en achttien vliegkoppels gehad en haalde daar net zoveel plezier en kopprijzen uit. Het draait immers alleen om goede duiven. Jongen moet je gewoon genoeg kweken. Wil je met 25 jonge duiven het seizoen vervliegen, dan moet je er 75 kweken. Met 50% verliezen incalculeren kom je er niet meer.

De nalijn dan? Ik wil ze volgend jaar na tien vluchten wel eens spreken over hoeveel van die nalijn duiven verdwenen zijn. Tot 300 km zal het geen probleem zijn, maar daarboven hebben ze toch de ervaring nodig vanuit hun geboortejaar, denk ik.

De duivensport gaat bergafwaarts en dat heeft meerdere oorzaken. Dit jaar is het onstuimige weer hier ook schuldig aan, denk ik. Het lijkt erop dat onze duiven aankomend weekend alweer door een regenzone moeten.

Vorig jaar was het vaak warm weer met een kopwind, maar daar hadden de duiven toch minder moeite mee. Natuurlijk komt dit mede door de vroegere lossingen met goed weer. Bij onstuimig weer zijn het altijd late lossingen en die schijnen nu eenmaal vaak slecht te verlopen.

Het ziet ernaar uit dat er volgende week een lichte hittegolf komt met waarschijnlijk ingekorte of afgelaste vluchten als gevolg. Nee, 2019 gaat niet de geschiedenisboeken in als een vlekkeloos verlopen jaar. Tophokken die wekelijks het verschil maken zie je dit jaar niet zoveel, ook zij krijgen regelmatig af te werken met een klote vlucht.

Kijk, één vlucht oprollen zoals hier met de jonge duiven vorige week maakt je nog geen top hok. Zo willen sommige schrijvers bepaalde jeugdige personen wel neerzetten, maar daar komt natuurlijk meer bij kijken.

Respect voor Vincent van Staveren die gewoon 2e aangewezen staat in de Gouwe & IJssel met slechts drie duivinnen mee tegen al die grote kanonnen daar.

Omstandigheden

Afgelopen winter ontving ik een mail van Sergey uit Rusland, die hier enkele jaren terug duiven haalde. Sergey is daar nu bij de kampioenen. De duivensport staat daar nog in de kinderschoenen en laten we het over de weersomstandigheden daar maar niet hebben. Ook had hij het over concoursen van een goede 500 duiven, wat hier tegenwoordig ook vrij normaal is in de meeste samenspelen.

In Rusland gaat de duivensport vooruit en hier achteruit. Zijn die duiven daar dan meer gewend aan de weersinvloeden? Ik schreef dit al vaker over Italië; zij vliegen iedere week in 30+ graden en de duiven gaan daar normaal mee om. Daar zijn zeker geen grotere verliezen dan hier, ik denk zelfs veel minder.

Dus zal het onstuimige weer dan niet de grootste oorzaak zijn, maar misschien (in combinatie met) het stralingsverkeer? Wie het weet, mag het zeggen. Eén ding is zeker: de duiven evolueren volgens mij op den duur gewoon mee met de omstandigheden.

Met de duiven is het behelpen dezer dagen. Stevige rugklachten zorgen ervoor dat ik de verzorging deels uit handen moet geven. Het is maar goed dat ik buren heb die ze in kunnen korven, anders was er geen spel geweest afgelopen weekend.

De oude duiven waren niets, maar dat was te verwachten. De jonge duiven daarentegen waren een spektakel. Er arriveerden vijftien duiven nagenoeg tegelijk wat resulteerde in een knaluitslag: de 1e tot 15e plek. Ook provinciaal top.

Alles zit hier nog samen. Als ik over enkele weken weer de oude ben, ga ik ze scheiden.

De duif die de 1e won heeft zich al drie keer goed laten zien en is een dochter van een zoon van de 13 van Bevers x dochter Super Rossi. Haar nestzus zat ook bij de eerste vijf duiven geklokt, dus het zal geen slechte koppeling zijn. Beide ouders zijn zomerjongen van 2018, dus als er kweekwaarde in zit, rolt het er snel uit of nooit meer.

Alle duiven die hier in 2017 geboren werden, leken goede te zijn. Ook de verkochte duiven slaagden bij anderen in de kweek of op de vluchten. Vorig jaar was een heel andere kweek met vanaf het begin problemen bij de jonge duiven. Sterfte als gevolg van adeno, meer verliezen en degene die overbleven, waren naargelang niets waard.

In 2019 heb ik bij de oude duiven dus hoofdzakelijk de meubelen moeten redden met de lichting van 2017, waarvan de beste al op het kweekhok zaten. De tweede garnituur oude duiven heeft het dit seizoen goed gedaan en de 2018 lichting dus niet, een enkeling daargelaten.

Wat is de oorzaak? Geen idee. We hebben best wat duiven aangeschaft uit topduiven en deze op de kweek gezet. Ik dacht dat ze beter zouden zijn dan mijn eigen duiven, maar achteraf heeft niet één van de circa 20 aangeschafte duiven versterking gebracht.

Afgelopen winter heb ik daarom zo goed als alle aanwas verwijderd en de toplichting van 2017 naar de kweek gebracht. Wat dit zal brengen, weet ik over enkele maanden. Op dit moment doen de jonge duiven het goed, maar we zijn er nog niet.

Verliezen

In België werden de duiven zondagmiddag gelost in Noyon op amper 200 km. Er zijn massa’s jonge duiven weg die al meerdere keren de grote mand hebben gezien. Daarnaast ook ervaren oude duiven die Noyon al 40x gezien hebben. Vandaar dus mijn woorden “we zijn er nog niet”.

Eén ding is wel zeker: we moeten de verliezen niet zoeken in te vroeg beginnen of vluchten die te ver zouden zijn. Noyon op 200 km is hier een mooi voorbeeld van. We moeten het mijns inziens zoeken in late lossingen en slecht weer.

Waar is de tijd van vroeger gebleven toen de avond van tevoren al gezegd werd hoe laat ze de dag erop zouden lossen. Anno 2019 staan we met zijn allen op een kluitje op dezelfde losplaats en laten we ons leiden door allerlei weersites met rare termen.

Zoals ze het in Friesland doen, lijkt me ook niet verstandig. Daarmee bedoel ik de duiven in één keer los de eerste vluchten met een overvlucht van dik 60 km.

In Brabant werden de duiven de eerste twee vluchten altijd apart gelost. Rayon 1 en 2 op dezelfde losplaats en Rayon 3 en 4 samen op een andere van gelijke afstand. Hier zijn ze dit jaar mee gestopt met nu dus bijna geen duiven meer in de verder gelegen verenigingen. Ook bij ons hebben we met een overvlucht te maken van 60 km en dat is met een kopwind teveel voor jonge duiven de eerste vluchten.

Het oude duivenseizoen 2019 was heel zwaar. Niet zozeer door de wind, maar de duiven hebben het gehele jaar al te dealen met buien in de vlieglijn. Laten we hopen dat de jonge duivenvluchten beter weer gaan krijgen.

De oude duiven kwamen top op de vitesse en slecht op de dagfond. Helaas wederom slecht weer onderweg dat roet in het eten gooide. Ook de zondagslossing kwam er slecht vanaf. Vooral de Belgen die Noyon speelden, kregen een dreun. Na vier uur amper één duif thuis van zo’n 200 km. De jonge duiven kwamen hier als vanouds naar huis zonder verliezen.

Ik sprak hier nog met Willem de Bruijn over, die een knaluitslag maakte met weliswaar 180 duiven mee, maar hij had er dan ook 130 in en geen verliezen. Willem zei: “ik roep al 10 jaar hoe ik mijn duiven opleer, maar niet één iemand lijkt dit op te pakken”. En ja, je moet daar veel tijd insteken en dan alsnog verlies je er veel de eerste twee vluchten. En al begin je twee maanden later, dan verspeel je er alsnog veel. De jonge duiven moeten hier gewoon doorheen. Daarna valt het bij normale weersomstandigheden en een vroege lossing alles mee.

De begeleiding hier is al jaren hetzelfde. Alleen onze Embregts-Theunis mengelingen en om de dag Naturaline met extra look. Verder een harde selectie op zieke of zwakke duiven. Voor laatkomers is hier geen plaats meer.

Wat de dagfond betreft: vijf vluchten tussen de 500 en 600 km lijkt me zwaar genoeg. Er wordt teveel van de duiven gevraagd, vandaar ook steeds moeilijkere concoursen en vaak ook daar na 8 uur niet meer lossen. Barcelona dan. Ook daar om 7 uur los, dat lijkt me beter dan laat in de middag met kopwind. Agen was hier een mooi voorbeeld van. Gooi ze drie uur eerder los met een kopwind.

Overnacht- en ZLU spelers hoor je zelden klagen over verliezen, zij roepen juist hoeveel ze er thuis hebben. Bij het jonge duivenspel gaat het kennelijk om hoeveel je er nog mist. Je wilt niet weten hoe vaak me dat de laatste weken gevraagd is. Wees maar gerust, ik heb er nog genoeg om mooie dingen te laten zien en mijn concurrenten het leven zuur te maken.