Zoals ik eerder aangaf zal een gezonde duif vanzelf gaan ruien. Het enige wat je kan doen is een veelzijdige voermengeling verstrekken, zodat ze mooi inpluimen. Hier dus het eigen productgamma, aangevuld met Sedochol.

Iemand vroeg me hoe ik denk over het trekken van staartpennen om zo de rui te beïnvloeden, hij had dit op Facebook gelezen. Van mij mag dit in het onzinboekje, net als liefhebbers die alleen de twee buitenste staartpennen trekken, om daarmee de rui te beïnvloeden.

Kuren met karnemelk of het veelvuldig toedienen van gerst of thee is in mijn ogen ook onzin. Datzelfde geldt voor dichtzittende nippeltjes bij duiven.

Duiven die over kwaliteit beschikken en goed worden verzorgd, zijn er gewoon. Waarom zijn het anders elk jaar dezelfde liefhebbers waartegen je om de kopprijzen moet spelen?

Ik ben toch al geen pennentrekker, tenzij het een slechte is. Een slechte broekpen hoef je sowieso niet te trekken, want die blijft levenslang slecht terugkomen. In het voorjaar pennen trekken heb ik ook nooit gedaan. Ondanks dat ben ik op alle disciplines bij de kampioenen.

Staartpennen afknippen om te zien of ze die verwisselen of niet, bestempel ik overigens ook als onzin.

Te vaak heb ik duiven gehad die kopprijzen wonnen met een oude pen, op zware dagfondvluchten én op snelheidsvluchten. De rui an sich heeft geen invloed op de prestaties van het jaar erop. Mensen die hard met duiven spelen, weten dat.

Er wordt helaas veel en vaak onzin verkondigd door liefhebbers die zelf amper blad kunnen raken. Het is jammer dat zij met die nonsens beginnende liefhebbers al meteen op een dwaalspoor zetten.

In de afgelopen 2 weken gaven het bestelformulier en het contactformulier op deze website een foutmelding. Als gevolg hiervan hebben wij de reacties, vragen en bestellingen die in deze periode zijn ingezonden, helaas niet ontvangen.

Inmiddels werkt alles gelukkig weer. Mocht u dus nog geen reactie van ons hebben gehad, dan graag even opnieuw invullen, dan kijken we hier meteen naar.

Onze excuses voor het ongemak.

De duivensport staat op omvallen en dat tij valt niet te keren. Een Chinese liefhebber vroeg me onlangs hoe lang er nog duivensport is hier. Vele lijken ook plots te gaan verkopen, zelfs mannen als Koopman stoppen ermee.

Men kan hier weinig aan doen en is daar ook helemaal niet mee bezig. Alle pijlen staan momenteel gericht op de Olympiade en wat minder op het bewerkstelligen van een mooie toekomst voor onze geliefde hobby.

Mocht ik wat te zeggen hebben, dan zou ik beginnen met vroeger starten, namelijk in april. Haspel eerst zeven vitesse vluchten af, daarna de midfond en de dagfond. Bij de dagfond zou ik minstens drie nationale of sectorconcoursen vervliegen. We hebben gezien dat dit leeft onder de leden, daarom zou ik hier beter op inspelen.

De eerste prijsvlucht voor de jonge duiven start dan in de derde week van juni. Ook daar drie mooie vluchten met een klassieker boven de 400 km. Het liefst in augustus, dan is er een grotere deelname. Ook hiervoor geldt dat het verleden heeft aangetoond dat dit leeft onder de liefhebbers.

De natour zou ik volledig schrappen, want de meeste oude duiven worden al in het programmaspel op totaal weduwschap gespeeld. Dit scheelt ook een hoop werk voor de inkorvers. We beschermen zo ook het jonge duivenspel (want meer duiven in concours), wat ooit het mooiste spel binnen de sport was.

In plaats van de natour zou ik taartvluchten organiseren, waarop men de niet-verduisterde late jongen of overnachtjongen kan invliegen van begin september tot de derde week van oktober.

Ik denk dat we zo de duivensport aantrekkelijker kunnen maken voor de leden die er nog zijn.

Men praat nu over 2027 als het gaat om het samenvoegen van de afdelingen. Goede bestuurders slaan spijkers met koppen en zouden zoiets uiterlijk 2025 doordrukken. Nu bekruipt mij hetzelfde gevoel als met dat vliegprogramma voor 3 jaar vastleggen.

Ik schaar mezelf onder de jeugdleden, maar in 2027 ben ik wel degelijk 60 jaar oud en ga ik het vast ook wat kalmer aan doen. In de duivensport moet je geen dingen jaren vooruitplannen.

Afgelopen winter was hier iemand op bezoek met de vraag of ik niet aan eenhoksraces wilde meedoen. Volgens hem werd dat de toekomst.

Afgelopen weekend bekeek ik eens zo’n race en zag ik dat niet één van de 3.500 duiven op de dag van lossen kon arriveren (de afstand was 550 km). Ik weet dan niet of dit de toekomst wordt.

Zelf geniet ik elk jaar van het samenstellen van de koppels en de jongen die even later in de nestschotel liggen. Vaak kan je dan al zien of er favorieten bij liggen. Zulke duiven wil ik vervolgens graag zelf trainen en spelen op de wedvluchten, in de hoop dat ze mijn verwachtingen kunnen waarmaken.

Voor mij is dit een heel stuk van de duivensportbeleving. Hier is dat een hobby aan huis, waarbij ik graag zelf de touwtjes in handen heb.

Selecteren

Ik las op de website van A.S. het stukje over selecteren. Inderdaad, op gezondheid kan je niet hard genoeg selecteren. Zelf houd ik niet één zieke duif met medicatie omhoog.

In Brabant 2000 kunnen wij onze jonge duiven na dit seizoen amper op basis van prestaties selecteren. Late jongen selecteren die vijf natourvluchten hebben gevlogen, lukt al helemaal niet.

Dit jaar selecteer ik mijn jonge duiven dus maar op basis van vertrouwen. Bij de oude duiven blijven er circa 14 van de 64 waarmee werd gestart, op het vlieghok zitten. Daar zijn kopprijzen wel noodzakelijk om te mogen blijven.

De meest onderschatte maar belangrijkste periode van het jaar is toch wel de ruiperiode. Vaak gelooft men het nu wel en wordt er overgeschakeld op het goedkoopste voer wat verkrijgbaar is.

Voer dat louter bestaat uit gerst en tarwe is prima voor kippen en varkens, maar niet voor duiven waarmee men volgend jaar goed wil presteren.

Duiven ruien vanzelf. Wanneer de tijd aangebroken is, laten ze hun veren vallen. Persoonlijk heb ik liever niet dat ze zich helemaal kaal smijten en met stoppelkoppen in het hok zitten.

De verduisterde jonge en oude duiven zitten gezamenlijk in het hok, onder het motto: “Met pluimen vang je pluimen”. De oude duiven ruien al stevig en steken de verduisterde jonge duiven ook aan om te gaan ruien.

Alles wordt nu eenmaal daags gevoerd met zoals altijd 80% Championsmix en 20% NPO-mix. Daaroverheen gaat elke dag Origanum Red en Champions Mineralenmix. Tweemaal per week voeg ik daar nog Prestavit aan toe voor de broodnodige eiwitten en vitaminen die ze tijdens de rui nodig hebben. Verder eenmaal per week een bad en in het drinkwater Sedochol of Naturaline (wisselt dagelijks).

Vergeet niet dat de ruiperiode voor onze duiven de meest belastende tijd van het jaar is. Duiven hebben dan ook de minste weerstand, vandaar dat ziektes zoals paratyfus nu vaak gelijktijdig met tricho toeslaan.

Hier werd een uitgebreid mestmonster opgestuurd om te laten onderzoeken, iets wat ik eigenlijk iedereen wel adviseer. In deze tijd moet je alert zijn en de basis leggen voor een nieuw, succesvol seizoen.