Aan alles komt een eind

Gisteren werd de duivin van het Millennium koppel ingeslapen wegens een vergroeide tumor in haar buik. Vervelend, maar het is niet anders. Gelukkig heb ik flink wat kinderen van haar op het kweekhok die het stokje al hebben overgenomen. We moeten verder en zolang zulke ellende zich alleen op je duivenhok afspeelt, mag je niet mopperen.

Vandaag en morgen bekijk ik de eitjes om te zien welke bevrucht zijn. In de winter lijkt alles tegen te zitten, maar in maart weet je niet waar je al die jongen moet laten.

Bijna alle kwekers hebben met 3 dagen verschil gelegd. Persoonlijk maakt me dat niets uit. Als ze in de winter met 21 dagen allen afgelegd hebben, mag je niet klagen. De kweekperiode hoef je niet mooier te maken dan ‘ie is. Een perfecte leg geeft namelijk geen betere jongen dan een onregelmatige leg.

Zo was ik enkele jaren terug bij een liefhebber met 25 koppels, zij hadden op 12 dagen allen hun eerste ei en alles was bevrucht. Deze jonge duiven kwamen prachtig op en geen verliezen tijdens het opleren, maar toch bakten ze er tijdens de vluchten niets van. Ik heb het al zo vaak gezegd: prachtige jongen kweken is niet zo moeilijk, goede daarentegen wel.

Ik laat mensen altijd kiezen en steek niemand een duif in handen. Vaak kiest men het grootste exemplaar. Iedereen heeft een eigen voorkeur. Steek maar een bonte in een mand met jongen en men zal vaak die kiezen. Ik haalde Miss Rossi (won dit jaar als jong de 1e, 2e en 8e NPO), een perfect gebouwde duivin, maar aan de kleine kant. Klein was de duivin van het Millennium koppel ook. Haar nestzus is de helft groter, maar ook de helft minder wat kweekcapaciteit betreft. Vandaar dat ik altijd zeg dat duivensport moeilijk blijft.

Selecteren

Jaarlingen en ouder moeten hier meermaals 1:100 vliegen en het liefst op verschillende afstanden. De 1:10 vliegers blijven net het peloton voor en dus kan ik daar niets mee. De jonge duiven selecteer ik meer op gevoel. De 1:100 vliegers mogen normaal blijven, maar ik heb er dit jaar verschillende weggedaan die wel één of meerdere keren 1:100 vlogen. Waarom? Ik had er geen vertrouwen in. Daarentegen houd ik wel duiven door die niet één keer 1:100 hebben gewonnen, maar waarvan ik toch denk dat ze het op de dagfond goed gaan doen.

Dat is het jammere van het jonge duivenspel van nu, met deze afstanden kun je ze niet voldoende testen. De superjongen van nu kunnen volgend jaar met het grootste gemak worden verspeeld op de dagfond, zowel hier als bij de twee tenoren in Zuid-Holland. Hun jonge duiven hebben dit jaar volgens mij niet verder gevlogen dan 350 km.

Dat dit pluimen gaat kosten op de dagfondvluchten van 2023 hoef ik hun niet uit te leggen, dat weten ze zelf ook wel. Helaas staan ook zij met hun rug tegen de muur wat het jonge duivenspel betreft. Nu daar de alsmaar toenemende vogelgriep bijkomt, ben ik benieuwd waar alles gaat eindigen.