Een mindere kweek hoeft niet altijd iets te zeggen

De kweek is in volle gang: op drie dagen verschil zitten 34 van de 36 koppels op eitjes, dat valt dus niet tegen.

Een vlotte leg is echter geen garantie voor succes. Ik heb het allemaal meegemaakt: dat duiven slecht op eieren kwamen, dat er verschillende eitjes onbevrucht waren, noem maar op. Ondanks dat, heb ik in dat soort jaren vaak toch een goed seizoen gedraaid met de jonge duiven.

Het jaar 2007-2008 staat me nog goed bij, de eerste keer dat ik mijn duiven thuis hield op nieuwe hokken. Ik had acht kweekkoppels samen gezet, een pak erwtenstro erin en klaar. Alle acht hadden op de tiende dag hun eerste ei gelegd en waren allemaal bevrucht. De eitjes kwamen uit en de dag dat ik ze wilde ringen, lag op drie na alles dood.

Uiteraard de duiven na laten kijken, maar men kon niets vinden. De opvolgende rondes waren gewoon weer normaal en de jongen kwamen super op. Nu denk ik jaren nadien dat het aan het stro lag. Het erwtenstro was toen niet vers en te vast geperst in het pak, wat vaak betekent dat ze met nat weer geperst zijn met schimmel als gevolg.

De drie jongen die het overleefden werden drie uitstekende duiven: Golden Cannonbal, Golden Bingo en Golden Baron. Zij wonnen alle drie meerdere 1e prijzen en vlogen teletekst. Jaren nadien gaven ze toppers, waaronder de 1e Nationaal Orléans tegen 58.000 duiven. Vandaar dus mijn betoog dat een mindere kweek niet altijd iets hoeft te zeggen.